Editie 23
Schrijnend tekort aan dromers
Ik heb thuis een jongetje van vier en ik kan hem niet uitleggen waarom de mens piramiden heeft gebouwd. Het klinkt natuurlijk erg ongeloofwaardig. Try this:
de Egyptenaren, verstoken van communicatiemiddelen, vernamen van mond tot mond dat er voor een gestorven farao een piramide gebouwd ging worden. Zij verlieten hun vrouw en kinderen. Ze namen ontslag bij hun werkgever en lieten hun familie achter. Eerst enkelen, daarna ztten gehele dorpen zich in beweging naar de "kring" (bouwwerf van de piramide). Ze werkten 15 uur per dag, 's nachts waren er "donkere ploegen" van vrijwilligers (omdat het dan minder warm was). De anderen zaten tot diep in de nacht aan het kampvuur, vertelden hun verhaal van de dag, wisselden truuks uit en leenden elkaars gereedschap. Sommigen maakten gereedschap in hun vrije tijd om het aan de mannen te geven bij het kampvuur om de dag nadien het werk beter te kunnen doen. Alles gebeurde gratis, niemand verdiende iets. Bij volle maan kwam de 'architect' de kampvuren langs en vertelde hoe het zou zijn als de piramide gebouwd was.
Die collectieve intelligentie is lange tijd verloren geweest, maar nu is ze terug. Systeembeheerders, grafici, communicatie mensen, programmeurs; allen verlaten ze hun vaste baan om ergens in een webbedrijfje te gaan werken aan een onzeker en niet zo aantrekkelijk loon. En allemaal wisselen ze shareware uit om te proberen om het "web" te bouwen. 's Nachts brandt er licht op onze universiteiten, zoals vroeger, maar er wordt niet gevorst, maar gebouwd. Nu en dan stromen wij bij elkaar als Nicolas Negroponte of Marc Andreesen ergens komen spreken over hoe het zal zijn als het web gebouwd is. Mijn zoon zal aan zijn kinderen kunnen vertellen waarom wij piramides en webben hebben gebouwd en zij zullen het begrijpen. En in hun tijd zal ik geen zonderling meer zijn omdat ik droom en fantaseer en aan produkten werk die geen geld opleveren. Tegen die tijd zal iedereen het doodgewoon vinden. Het stelt mij gerust dat ik zelfs in de toekomst modern zal zijn.
Walter de Brouwer